Enige weken terug was er in het VTM programma ‘Beste Kijkers’ een zekere Franky Verschakelen die een filmpje had ingestuurd.
De naam van Franky Verschakelen zorgde voor een hilarische anekdote verteld door Sven De Ridder. De panelgast Gert Verhulst kwam niet meer bij van het lachen. Gert Verhulst met de slappe lach op tv. Voor mij een bijzonder moment. Historisch. En dat op vtm.
De mop van De Ridder was trouwens ongelooflijk goed gevonden. ‘Allez, noemt die gast echt verschakelen? Da kan toch nie!’
En De Ridder doet iemand na die aan het stuur van een wagen zit. Z’n passagiers roepen, ‘allez Franky, verschakelen!’ Waarbij Franky verwonderd naar z’n passagiers kijkt, dan naar z’n versnellingspook en inderdaad verschakelt naar een hogere versnelling. Eentje om in te lijsten.
Deze anekdote is toepasbaar op organisaties die groeien.
In heel wat bedrijven die groeien ontstaat een Franky Verschakelen probleem. Hoe komt dat?
Dat heeft te maken met het moeilijke evenwicht dat ontstaat tussen de extra work-load, de work-load die de mensen gewoon zijn en/of aan kunnen en het feit dat je als zaakvoerder niet altijd in de mogelijkheid bent om direct te investeren in extra mankracht of systemen.
Extra mankracht en systemen die die extra werkdruk terug kunnen brengen naar een normaal niveau.
Waarom kan een zaakvoerder dit niet?
- 1. Omdat je nooit weet of die groei een opflakkering is of bestendigd zal blijven. In dit geval loop je een risico over te investeren of later terug mensen zult moeten afdanken. En dat doet een mens liever niet.
- 2. Omdat je met verschillende mensen werkt die elk hun eigen niveau hebben van ‘aankunnen van werk-druk’. Ieder mens heeft z’n eigen flow waar hij het gemakkelijkst in beweegt.
- 3. Omdat je niet weet wie wanneer uit z’n flow zal gaan en hoe die mens daar dan op reageert. In dat geval ontstaat er voor veel mensen in een bedrijf een soort allez-franky-verschakelen-moment. Hierbij denk, hoop, verwacht je dat iedereen tijdig zal bijschakelen zodat je met de groep de hogere versnelling zult aankunnen.
Hier en daar komt dan een Franky boven water die z’n motor in het rood jaagt omdat hij niet kan verschakelen of het zelfs niet door heeft dat er verschakeld dient te worden.
Het is dan aan de leider om in actie te schieten. En dit betekent niet dat je moet gaan trekken aan de mensen die niet ‘meekunnen’ terwijl je de mensen die nog niet in het rood draaien vooruitschreeuwt.
Wanneer je dit doet zul je al gauw een aantal ontplofte motoren hebben. Ontplofte motoren van, ofwel zij die niet meer kunnen opschakelen en te hoog in toeren gaan, ofwel van hen die in ergernis verkeerd terugschakelen en in de verkeerde versnelling terecht komen.
Jij als leider dient, in eerste instantie en als eerste, het verschakelmoment te zien aankomen.
Dit zal meestal zijn wanneer er plots meer bestellingen komen dan je gewoon bent, dan je organisatie aankan.
Meestal ook bijvoorbeeld wanneer je ploeg heel goed speelt en je plots tussen de ‘grote jongens’ begint te spelen.
Wel Franky, dat is de moment: ‘verschakelen jongen!’ En wat is verschakelen. Kijk, verschakelen is het volgende. Iedereen doet het in de auto dagelijks honderden keer.
Zoveel dat we al lang vergeten zijn wat we eigenlijk doen.
Het begint met induwen van het ontkoppelingspedaal. Op dat moment gaat de motor in een soort rust. Na het ontkoppelen ga je de versnellingspook in een hogere versnelling plaatsen. Daarna laat je het ontkoppelingspedaal los. De motor neemt dan terug over in een lager toerental dan daarvoor vanwege de hogere versnelling. Pas vanaf dat moment kun je opnieuw gaan versnellen.
Het ontkoppelproces dat ik hierboven beschrijf heeft in autosportjargon een naam: vertraging. Of met andere woorden: tijdverlies.
Om die reden werden bij sport- en superwagens klauw-, sequentiele- en gerobotiseerde versnellingsbakken ontwikkeld.
Dat zijn superdure, supersterke en superintelligente versnellingsbakken. Verschakelen hoeft dus niet echt als je met een gerobotiseerde bak rijdt.
Er is geen tijdverlies en geen vertraging. Je moet dit eens proberen met een gewone bak. Je zult al gauw bemerken dat, als je al geen ongeval had, je toch een serieuze herstelkost zult hebben.
En dit noemt in gelijk welk jargon: spijtig geld- en tijdverlies. In een organisatie is dit net hetzelfde.
Of je werkt met een groep mensen die superduur, superintelligent en supersterk zijn. In dit geval zal je versnellen zonder dat je het voelt.
In de meeste gevallen zul je echter veel geld betalen voor het potentieel dat je gebruikt. Net als iedereen die met een superwagen het dagelijks verkeer trotseert. De meeste organisaties zijn echter een mengeling van mensen zoals u en ik.
Laat het me dan zo stellen: je rijdt met een standaard versnellingsbak. En dat is logisch. Er zijn weinig organisaties die initieel georganiseerd zijn voor wat later kan komen.
En dit omdat je nooit echt weet wat er later komt (tenzij je een superondernemer bent, wat niet onmogelijk is). Plus dat het prijskaartje voor een superversnellingsbak tegenwoordig niet te betalen is vooraleer hij echt nodig wordt.
Als er dus vanwege extra werk of druk plots hier en daar klachten komen, intern of extern en er ergernis ontstaat, weet dan dan het waarschijnlijk tijd wordt om bij te sturen. Te verschakelen. Dit is de moment waarop ze vanop de achterbank roepen: ‘allez Franky, verschakelen!’
Zorg dat je dan tijdig weet wat verschakelen voor je organisatie inhoudt. Blijf niet met je huidige team werken of spelen zoals voorheen, alleen al omdat het voorheen wél lukte.
Een installateur die voor me werkte verwoordde het ooit eenvoudig als volgt: ‘als het werk ooit optrekt dan is onze organisatie er nooit klaar voor.’ En hij had gelijk. Organisaties zijn dat zelden.
Vergeet echter niet dat verschakelen om te kunnen versnellen, gepaard gaat met vertraging. Zie die vertraging dan aub niet als tijdverspilling.
(met dank aan Franky Verschakelen)