Dyson. – BlancDemain

Het is zondag 7 december. Gisteren was ik in volle voorbereiding voor het feest van Sinterklaas.
Ik was aan het opkuisen en klaarzetten toen ik merkte dat de stofzuiger, een industrieel type, niet meer zoog. Na lang zoeken naar een mechanisch defect zag ik dat gewoon de filterzak verstopt zat. Onmogelijk dat hier iemand de voorbije week had kunnen mee werken.
‘De poetsvrouw heeft toch wel gestofzuigd deze week?’ vroeg ik m’n vrouw nog. ‘Jazeker’, antwoordde ze. ‘Hoe kan dat dan? Die filterzak zit potdicht!!?’
M’n vrouw lachte naar mij en zei: ‘Jij weet dat misschien niet maar die ambetante dingen doen poetsvrouwen niet. Ze gaan ook niet hoger dan twee treden om de ramen te wassen.’ Ik fronste verwonderd. Dyson schoot door mijn hoofd. Die gozer moet het geweten hebben toen hij voor de 36ste keer zijn huis hypothekeerde om van zijn uitvinding een commercieel succes te maken. Stofzuigers zonder zakken of filters.
Ik had het een aantal jaar terug ook voor toen ik een magazijnier vroeg zijn magazijn proper te houden en terwijl hij bezig was ook even vlug de greppel leeg te scheppen. Twee maal per jaar een half uurtje werk. ‘Je mag me dat niet vragen,’ poneerde de man ernstig, ‘dit is beneden mijn niveau, vraag dat aan een ander.’ Wat impliceerde dat er in het bedrijf mensen werkten van een lager niveau dan het zijne.
Niveauverschillen, het concept was nog niet in me opgekomen. Vorige week gebeurde het opnieuw.
Een technieker was bij zijn verantwoordelijke zijn beklag gaan doen. Dat werk bij die klant zou hij niet meer uitvoeren want hij had trappen moeten doen.
‘Ik doe het niet meer!’ Toen de verantwoordelijke antwoordde: ‘Wat wil je dat ik daar nu op antwoord’, was de man nog bozer geworden en de dag nadien, bij wijze van zijn eigen kleine staking, niet komen opdagen op de infosessie.
Een infosessie waar nota bene iedereen bedankt werd voor het voorbije werkjaar.
Wat is er toch gebeurd lieve mensen? Ik begon ooit als magazijnier  in een bouwbedrijf tussen het cement en zand. Ik werkte in een diepvriesbedrijf als orderpikker bij -25°C. Ik werkte als buizenfitter in de koeltechniek waar ik tussen valse plafonds midden het mosterdgas (gevolg van verbranden van freon bij het braseren) lekken dichtte. Ik verving kapotte robots in boterbedrijven en zette duizenden botervlootjes in de machine en plooide honderden pakken patisserieboter in hun verpakking. Ik werkte aan oude auto’s van 5.000,- oude franken om ze door de keuring te krijgen omdat ik me niets beter kon veroorloven. Ik werkte in onderhoudsdiensten van productiebedrijven en was kuiser van de spuiters hun verfpistolen in de televisiefabriek van Barco.
Het vuilste werkje binnen dat bedrijf. Enz. Als ik alles bekijk wat ik in m’n leven deed aan (vakantie)jobs dan moet een mens zich afvragen waar bovenstaande situaties ons naartoe leiden.
Waar ik dan direct aan denk is aan Polen, Roemenen, Portugezen en Spanjaarden die hier heel hard willen werken om hun gezinnen, ver weg thuis, uit de armoede te halen.
Ook moet ik aan kinderen denken die de korstjes van hun boterham niet willen opeten omdat deze harder zijn dan het zachte witte brood.
Ik schreef een boek over inspirerend leiderschap. Eén van de hoofdstukken gaat over integere mensen. Integere mensen zijn mensen die doen wat ze zeggen en zeggen wat ze doen.
Mensen die gevoed worden door termen als respect, vertrouwen en verantwoordelijkheid nemen. Ik moet me excuseren. Ik vergat nog een extra term, om integer te beschrijven, te vermelden. Misschien had ik er nog moeten bij vermelden: ‘willen werken volgens goed vakmanschap’.
En houdt dat dan niet in ook de minder interessante zaken van je vakmanschap uitvoeren. De ambetante zaken erbij willen nemen omdat er nu eenmaal altijd dingen zijn die niet 100% lopen zoals we willen.
Of moeten vrachtwagenchauffeurs technisch werkloos gezet worden omdat er file is. Of moeten de lastige kindjes in de klas naar huis gestuurd worden en analfabeet blijven omdat dat het de juffrouw makkelijker maakt. Of moeten de kadavers van de boerderijen niet meer weggehaald worden omdat het wel heel erg onaangenaam ruikt in die camion.
Of moet de zaakvoerder zijn zaak opdoeken in plaats van te vechten in tijden van crisis.
Of misschien moet er wel geen enkele chauffagist de brander nog komen herstellen tijdens een koude winterdag. Die man z’n handen stinken dan naar mazout. En dat kan toch stinken hé. Of misschien moesten de klachtendiensten van bedrijven de telefoon maar gewoon dichtgooien als er een klant aan de andere kant z’n probleem uitlegt. ’t Is toch waar!
Al die mensen met al hun zever. Waarom zouden we nog moeite doen? Waarom zouden we nog moeite doen voor elkaar? Waarom zouden we eigenlijk nog werken waar we voor betaald worden? Al zeker niet als het niet in onze  functieomschrijving staat!
Wat is er dan toch gebeurd lieve mensen? Wat is er gebeurd dat een filterzak uitschudden, een trap doen of een greppel uitkuisen plots onder ons niveau is?
Is dat dan te min of te lastig? Waarom?
Bij ons  is de Sint langs geweest en was m’n dochter door het dolle heen. Natuurlijk niet nadat ik zelf de filterzak had uitgeklopt zodat ik verder het huis heb kunnen stofzuigen. Ah ja, je kunt toch de Sint niet ontvangen in een vuil kot.
Dyson. Hij moet het geweten hebben. Ik hoop dat hij al op een nieuw concept aan het broeden is. Zelfdenkende stofzuigers die zichzelf gaan leeggieten in de vuilbak. Dat zou nog eens anticiperen zijn op de toekomst.
Dyson, de toekomst is nog meer aan jou.
Spijtig dat weinig mensen beseffen wat je allemaal hebt moeten opofferen en hoe hard je hebt moeten knokken om ooit zover te raken.
Integer vakmanschap. Een nieuwe term misschien?
Eentje voor de toekomst? Als we willen dat de toekomst aan ons is? En aan onze kinderen?
Ondertussen zit ik lekker te turen naar het gure weer buiten. Door mijn 2/3e gewassen ramen.